sofieontheroad.reismee.nl

Ridders, verloren zonen en mysteries

Wims eerste taxi-brousse rit was er één om U tegen te zeggen... Alles wat maar fout kon gaan, ging ook echt fout. Of nee, ik mag niet overdrijven, het kon nog erger. Deze taxi-brousse vertrok zowaar eens op tijd. We boekten onze plaatsen al voordat we naar Anakao vertrokken. Jawel, uiteraard ook de twee beste. We waren ruim op tijd en hadden dus nog alle keuze. Doe ons dus maar de twee plaatsen naast de chauffeur. Hoe vol immers ook alle rijen achter de chauffeur worden gepropt, vooraan komt er niemand bij. In Madagascar blijkbaar toch. In West-Afrika heb ik dat anders geweten.

Een half uur voor de taxi zou vertrekken kreeg ik telefoon van de maatschappij, of we onderweg waren. Een man van de taxi-brousse die wou controleren of we er waren? Dat kon alleen maar wijzen op een feilloze werking van hun maatschappij. Niets bleek echter minder waar te zijn.

In het kantoortje van de maatschappij werden we vriendelijk ontvangen. Ticket, Madame? Ja hoor, helemaal in orde. De man nam het vriendelijk in ontvangst en een andere bracht ons naar de taxi-brousse. Fout nummer 1... Nooit je ticket afgeven. Je zou kunnen denken dat ik dat na zo'n 15 jaar reizen wel weet, maar kijk, na een aantal dagen op onchristelijke uren opgestaan te zijn, schakelen mijn hersenen blijkbaar toch een versnelling (of twee, drie) lager.

Bij de taxi aangekomen, zaten daar op onze plaatsen heel parmantig een opgeklede man en vrouw. Hij met een kostuum van twee maten te groot, zij met één van de lelijkste pruiken die ik ooit zag. Dat doet uiteraard helemaal niet ter zake, maar zij hadden wel mooi onze plaatsen ingepikt.

Ook al weet ik dat het niet helpt om je daar druk in te maken (in Afrika of all places is het meestal echt wat het is), doe ik dat toch nog steeds. Ik wil niet zomaar zonder slag of stoot alles aannemen. Uiteraard ook weer niet met de letterlijke slag of stoot. Mijn actie is geweldloos. Die slag of stoot kwam later nog wel...

Geen succes dus, we kregen, met een tandpastaglimlach, de twee plaatsen achter de voor ons gereserveerde aangeboden. Alsof dat iets goedmaakte. Dat zijn, ondanks de slechts één rij verschil, werkelijk de allerslechtste plaatsen die er in een taxi-brousse te vinden zijn. Daar wordt immers iedereen bijgeduwd als alle andere rijen al lang vol zijn. En vol hier, in de regionale busjes, is 5, soms 6 mensen op een rij.

Op de vloer liggen dan ook nog grote pakken en zakken opeengestapeld, zodat je knieën ongeveer achter je oren terechtkomen. Vermits mijn knieën niet echt van de beste zijn, maar ik wel enige lenigheid bezit, strekte ik mijn been recht naar boven, tegen de rugleuning van de stoel voor me. Uiteraard lette ik erop niemand te raken. Tussen beide stoelen zat nl. een stuk waartegen niemand leunde, de twee beste stoelen, weet je wel, meer dan genoeg plaats vooraan. Fout nummer twee...

Dat zinde blijkbaar mijn buurman niet, want die ging het klikken tegen de man en vrouw voor me, waarop de man mijn voet hardhandig van de stoel afsloeg. Ik reageerde daarop met te zeggen dat ik toch niemand had geraakt, maar daarop stond de man voor me recht, draaide zich om, keek me dreigend aan en zou me zowaar geslagen hebben als Wim niet ook was rechtgestaan (voor zover dat kon toch) en zijn hand had gehoffen. Een man bereid voor me op de vuist te gaan, mijn eigen koene ridder... Mijn hart zwol in mijn borst van trots.

Enfin, gemoederen bedaard, auto volgepropt, onderweg maar 1 keer platte band, de klikspaan naast me stiekem aan het roken achter zijn rieten hoedje, samenzweerderig fluisterend met zijn buurman, die moest in het oog houden of de kust veilig was, ... een rit van een dikke 5 uur in plaats van de beloofde drie en dat allemaal om te geraken tot in Ilakaka en niet tot in Ranohira, waarvoor we wel betaald hadden.

Alleen konden we dat zonder ticket niet meer bewijzen natuurlijk. Gelukkig was er even daarvoor een man bij op onze rij geduwd, die ons al had verteld dat de rit niet verder ging en waaraan we hadden uitgelegd dat we geen ticket meer hadden. Die man was zo vriendelijk om aan de chauffeur onze situatie uit te leggen en die was op zijn beurt zo vriendelijk om voor ons de rit naar Ranohira te betalen. Geloof in de medemens weer opgekrikt...

Op die twee bewuste taxi-brousses van die dag zaten ook twee Duitse meisjes die we al in Anakao hadden gezien. Met hen en een jong Zwitsers koppel maakten we de volgende dag een tocht door het Isalo national park. Prachtige natuur, de prairies, de jungle en de vergezichten waarover Wim al sprak en een fikse wandeling. Een mooie dag...

De Duitse meisjes hadden blijkbaar in de Tsingy een week daarvoor de hele dag net achter ons gelopen en ons gezien met Julian, de jonge Zwitser die we op sleeptouw hadden. Ook bij de Avenue des Baobabs een paar dagen later hadden ze ons gezien en ze dachten dat Julian onze zoon was. In Anakao was hij plots niet meer bij ons en nu bekenden ze dat ze zich hadden afgevraagd of wij nu echt onze zoon achtergelaten hadden. We worden oud... Of we zien er waarschijnlijk zo uit (zal ook wel weer een gevolg zijn van het vroege opstaan).

De tweede dag in Ranohira hebben we eindelijk eens niets gedaan. We waren allebei toe aan wat ontspanning en eens niets moeten. We lieten onze was doen en werden daarbij bijna afgezet door twee ondernemende poetsvrouwen die een lucratieve bijverdienste dachten gevonden te hebben. Fijn, zo'n ondernemende vrouwen, maar niet als het over mijn portemonnee gaat.

Van Ranohira ging het in stijl naar Ambalavao. De eerste taxi-brousse die morgen hadden we op een haar na gemist, vooral omdat niemand ons kon zeggen wanneer die zou aankomen of vertrekken. Ranohira heeft nl. geen eigen taxi-brousse station en dus bellen ze om te vragen om te passeren. Een soort belbus avant la lettre als het ware...

De volgende taxi-brousses waren allemaal op weg, alleen hebben we er geen enkele zien aankomen. Uiteindelijk zijn we gereisd met een grotere bus, die toeristen had afgezet in Tulear en leeg naar Tana terugreed. Voor maar 10000 Ariary (3 euro) meer een eigen, volledige stoel, zelfs een volledige bus, dat was pas reizen...

We geraakten vlot in Ambalavao en de dag erna in Ambositra, waar we als een echte Sherlock en Watson geconfronteerd werden met het mysterie van de gestolen vrachtwagen van Horst traiteur. Of tenminste, dat willen wij toch graag geloven...

Een vrachtwagen die er naar Malagassi normen veel te nieuw uitzag, met het shipping label er nog op en een Belgisch wegenvignet voor 2017? In Ambalavao of all places? Euhhhhh, nee, dat leek ons wel sterk. Wij dus op zoek naar sporen van diefstal. Al snel had de man in een stalletje aan de overkant van de straat door dat we de vrachtwagen wel heel erg interessant vonden en hij hield ons met arendsogen in het oog. Een chassisnummer hebben we niet gevonden, maar foto's hebben we wel gemaakt. Onze speurtocht wordt in België vervolgd...

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!

Deze reis is mede mogelijk gemaakt door:

Hamba